De coole kracht van een carosseriekleur

Peugeot 408 bleu obsession
Stijlpastoor
sjaal
Een sjaal om in te wonen
Door Arno Kantelberg
Stijlpastoor
Waarom Sparta dé club van Rotterdam is
Door Arno Kantelberg

Ik liep laatst vanaf het Centraal Station richting de Demer, de winkelstraat van Eindhoven. Op het 18 September-plein stuitte ik op een Peugeot 308 die pontificaal stond geparkeerd ter promotie. De auto had de kleur die de Fransen Vert Olivine noemen, wat toch net iets glanzender klinkt dan olijfgroen.

De glimmend gepoetste 308 had als decor de Eindhovense Bijenkorf, dat in 1969 opgetrokken gebouw met magnifieke gevels van groene geglazuurde tegels. Vroeger kon ik daar gefascineerd naar kijken. Eindhoven was indertijd – nog – geen kosmopolitische stad, maar de keramische Bijenkorftegels die bij elke zonnestraal van kleur leken te verschieten hadden internationale allure – de communicerende kracht van kleur.

De kleur van mijn Peugeot 408 is niet groen; in de administratie staat de kleur genoteerd als Bleu Obsession. Ik begrijp die naam wel. Alléén ‘bleu’ dekt de term niet; deze kleur blauw straalt iets…, ja, misschien niet obsessiefs uit, dat voert me te ver, maar wel iets extatisch. Bleu Obsession – een kleur die je bijna kunt ruiken.

Mijn Peugeot overkomt namelijk hetzelfde als de Bijenkorf in Eindhoven; hij verschiet constant van kleur. “Bij het vangen van licht ontstaan ​​onverwachte tinten, reflecties van turkoois, groen. In de schaduw schakelen we over op rood”, vertelde Marion Zandomeneghi, die kleur- en materiaalontwerper is bij Peugeot.

Marion Zandomeneghi is gespecialiseerd in carrosseriekleuren en Bleu Obsession is haar bijdrage aan het straatbeeld, zoals de Italiaanse architect Giò Ponti in 1969 groene glazuren wandtegels aan de Eindhovense skyline toevoegde.

Als ik tijdens het rijden mijn linkerarm laat rusten op het portier, de rechterhand losjes op het stuur van de 408, dan wordt de robijnen steen in mijn pinkring af en toe verlicht door een zonnestraal. De stand van de zon bepaalt vervolgens de diepte en de rijkheid in het rood van de steen. Dat zijn esthetische geluksmomentjes. 

Had de mooiste cabrio aller tijden ook een perfecte kleur?

Ik stel me zo voor dat toeschouwers de blauwe kleur van mijn voorbij rijdende 408 ook op die manier appreciëren. Enige nadeel waar ik nog geen oplossing voor heb weten te vinden: omdat ik achter het stuur zit, kan ik er zelf niet van genieten. Daar wordt een mens misschien niet blauw van, maar wel lichtjes obsessief.

Stijlpastoor
sjaal
Een sjaal om in te wonen
Door Arno Kantelberg
Stijlpastoor
Waarom Sparta dé club van Rotterdam is
Door Arno Kantelberg