Het poloshirt is het perfecte bovenstuk voor de zomer. Maar als je zo’n poloshirt aanschaft, dan wil je natuurlijk de allerbeste kiezen. Notitieboek in de aanslag: Arthur Peute, de beste kleermaker van Nederland, legt uit waar je op moet letten.
Arthur, laten we bij de basis beginnen. Van welk materiaal is een poloshirt gemaakt?
— “Van een katoen die we jersey of tricot noemen. Jersey is de Engelse term, tricot de Franse term. De term jersey refereert aan de manier waarop het ‘gebreid’ is, wat tegenwoordig natuurlijk machinaal plaatsvindt. Je ziet soms ook wel polo’s die gemaakt zijn van een mengeling van materialen, bijvoorbeeld van katoen, zijden en linnen, soms zelfs van kasjmier, maar het poloshirt zoals wij dat kennen is van honderd procent katoen.”
Waar herkennen we een polo nog meer aan?
— “Aan de sluiting; die bestaat uit een split met beleg, met knopen en knoopsgaten. Daarin verschilt de polo van een overhemd. Een overhemd is helemaal doorknoopbaar; je kunt het helemaal losknopen. Bij een polo kan dat niet, die moet je over je hoofd trekken.”
Een polo heeft wel een boord.
— “Klopt. Zo’n boordje op een polo wordt gemaakt met of zonder staander.”
Staander?
— “Een staander is het patroongedeelte dat de hoogte van je kraag bepaalt. Het is de strook tussen de boord en het shirt. De staander zorgt ervoor dat de boord niet plat op de halslijn valt, het geeft hoogte aan je kraag.”
Waarin verschilt de boord van een polo van de boord van een overhemd?
— “De staander en het boordje van een polo zijn van hetzelfde materiaal als de rest van het shirt, maar ze zijn – anders dan bij een overhemd – niet verstevigd. Daarom ziet een boord op een polo er ook meer casual uit, meer als vrijetijdskleding. De boord van een overhemd is verstevigd met canvas en ziet er daarom meteen formeler uit. Dat komt dan weer in verschillende varianten van versteviging, van zacht tot heel hard.”
Doen we bij een polo alle knopen dicht?
— “Dat kan, dan ziet het er meteen stijlvoller uit. Als je het opknoopt met een strakke kraag, kun je er een mooi pak overheen dragen. Wat ik weleens doe: het boordje van een polo open dragen met een geknoopt sjaaltje erin. Kan ik meteen een beetje mijn ouwe kippennek camoufleren. Zo’n sjaaltje oogt vlotter dan een choker, dat ziet er meteen zo oubollig uit.”
Je kunt het boordje ook omhoog zetten, zoals taxichauffeurs in Napels?
— “Ja, dat ziet er hier alleen een beetje Goois uit. Zo’n kraagje omhoog maakt een peacock van je. Of twee polo’s over mekaar dragen, de look van de hockeyvereniging.”
Zit er op een poloshirt een borstzak?
— ‘“en heel enkele keer. Meestal zit op die plek een logo. Die logo’s zijn in de loop der jaren groter geworden, zoals de polospeler van Ralph Lauren. Laat ik het zo zeggen: daar moet je van houden.”
En zo is de polo ooit ontstaan: korte geschiedenis van het polo-shirt.
En de mouw is altijd kort?
— “Niet per se. Soms is-ie kort, dan heeft de mouw ook een boord, zoals wij dat noemen. Dat is een reep stof aan het uiteinde van je mouw. Die is van hetzelfde materiaal als de rest van je shirt, maar anders geweven, zodat-ie mooi aansluit om je arm. Zo’n boord zit meestal op 26 centimeter van je schouder.”
En de kleur van een polo? Die is uni, toch?
— “Normaal gesproken wel, maar we zijn een beetje uit het tijdperk van de uni-kleur gestapt. Tegenwoordig zie je meer kleur, meer ruiten, meer prints, een beetje zoals in de sixties. In de collecties van Dolce & Gabbana zie je dat bijvoorbeeld goed terug.”
