Patchwork is de techniek waarbij lapjes stof van verschillende kleur en grootte aan elkaar worden genaaid. Patchwork betekent letterlijk lapjeswerk.
Die lapjes stof kunnen in verschillende stoffen, kleuren en vormen worden aangewend (hoewel katoen het meest voorkomt). Dat creëert ontelbare mogelijkheden om te variëren.
Patchwork ontstond in de achttiende eeuw. Daar was het voor armere mensen een manier om resten stof samen te voegen tot een deken. Daar hebben we de term lappendeken aan te danken.
In de vorige eeuw viel de economische noodzaak weg. Patchwork promoveerde tot vrijetijdsbesteding. Wat ooit uit nood werd geboren, groeide in de jaren vijftig, zestig van de vorige eeuw uit tot een hobby.
Patchwork had lang een tuttig imago, maar dat heeft de modewereld niet weerhouden om zich er fanatiek op te storten. Het past in de tendens om duurzamer met kledingresten om te gaan. De lappendeken is ineens en vogue.
Tijdens de recente modeweek in Parijs presenteerde Acne Studios een hele trits patchwork-stukken met verschillende patronen, kleuren en stoffen. Het merk stond niet alleen: Louis Vuitton, Kenzo, Jil Sander en Rick Owens toonden ook patchwork pieces. De tijden van Bob Marley (in patchwork-spijkerjack) en Eddie van Halen (in lapjesbroek) keerden voor even terug op de catwalk.
Hoe draag ik het?
Vanwege de diversiteit aan kleuren, vormen en stoffen kun je patchwork gerust nogal druk noemen. Waarschijnlijk heeft denim patchwork nog de rustigste uitstraling.
Beperk om die reden je patchwork tot één kledingstuk. Combineer het met kledingstukken in effen kleuren. Onthou: hoe meer verschillende stoffen, des te meer dynamiek. Dus hoe meer je husselt, hoe drukker het allemaal lijkt. Moet je van houden, maar het brengt sowieso leven in de brouwerij. Op de foto helemaal boven zie je hoe een trenchcoat een upgrade krijgt door lapjes stof eraan toe te voegen.
Is patchwork hetzelfde als quilten?
Nee, dat is het het niet. Een quilt is een kleed waarbij drie lagen textiel met een doorstiksteek op elkaar worden genaaid. Het patchwork vormt de bovenste laag van zo’n quilt, de quilttop.
Quilts worden al langer gemaakt. Sommige quilts hebben zelfs kunsthistorische waarde, zoals die van de Amish, de streng-protestantste geloofsgemeenschap in Amerika (die je kent van de hoeden, overalls, paarden en wagens, of van de film Witness met Harrison Ford).
De Japanse boro-techniek
In Japan werden vroeger lapjes stof over slijtplekken of gaten in kleding geborduurd. Die techniek wordt boro genoemd. De boro-techniek wordt in Japan nog altijd gebruikt om kleding te repareren of te versterken, vooral bij de reparatie van denim. Het is niet alleen een manier om kleding te verstevigen, maar ook om het esthetisch te upgraden.
Gaatje in je wollen trui?
Woolfiller, ook wel wolplamuur genoemd, is een techniek die gebruikt wordt om kleine gaten in wollen kledingstukken (bijvoorbeeld mottengaten) te vullen of om vlekken te verhullen. Heleen Klopper, de oprichter van Woolfiller, legt hieronder uit hoe jij dat aanpakt.