1. Liever geen gasbarbecue
Roosteren op kolen geeft meer smaak.
2. Heb geduld
Het duurt zeker 25 minuten voordat je barbecue op temperatuur is gekomen. Gebruik die tijd om je vlees voor te bereiden.
De fine art of barbecue volgens Nick Toet (waarna barbecuen nooit meer hetzelfde zal zijn).
3. Maak het extra rokerig
Strooi een handvol houtsnippers over de kolen. Laat de snippers wel eerst even weken, dan vatten ze minder snel vlam. En houtsnipper met mate, anders krijgt je vlees dezelfde smaak als je asbak.
Het is een inkopper, maar we roepen het voor de zekerheid toch maar: gebruik kwaliteitsvlees, bij voorkeur biologisch. Normaal gesproken werk je in de keuken ook met knap vlees, dus doe dat ook als je buiten aan het bakken bent op de barbecue.
5. Laagje bier
Kook je worsten eerst even voor in een laagje bier (smaak bier naar keuze). Dan weet je namelijk zeker dat de worsten gaar worden zonder dat ze verbranden. Gril je worst tussen de vijftien en twintig minuten. Keer ze in die periode hooguit vier keer om.
6. Eerst de worst, dan de hamburger
De hamburgers volgen zo’n tien minuten nadat je de worsten op de grill hebt gelegd. Je hamburgers zijn na een minuutje of vijf medium rare.
7. Niet te vaak draaien
Draai je hamburgers na een minuut of drie om, maar draai niet te vaak. Hoe vaker je draait, hoe groter de kans dat ze blijven plakken.
8. Onder een afdakje
Na het bakken leg je het vlees zo’n tien minuten te rusten onder een afdakje van aluminiumfolie. Op die manier blijft het vlees lekker sappig.