Is het tijd voor de terugkeer van de bioscoop pauze?

Duurde Oppenheimer je al lang met zijn 180 minuten (oftewel 3 volle uren)? Houd je dan vast, want de nieuwe bioscoopfilm Martin Scorsese’s Killers of the Flower Moon overtreft dat met zijn in totaal 206 minuten, oftewel een stevige drie uur en zesentwintig minuten. Zou het tijd zijn voor de glorieuze terugkeer van de bioscoop pauze?

Lange speelduren in bioscoopfilms zijn geen nieuw verschijnsel voor filmliefhebbers. Denk aan het schier oneindige Hamlet uit 1996, dat de vier uur aantikte, het beroemde The Lord of the Rings: The Return of the King met zijn drieënhalf uur of Scorsese’s The Wolf of Wall Street, dat bijna drie uur duurde. Ik kan me echter nog goed de tijd herinneren van films die maar anderhalf uur duurden, en die lijken tegenwoordig schaarser te worden op het witte doek.

Hoewel films vaak langer lijken te duren, is de bioscoop pauze juist vaker verdwenen. Wat is er gebeurd met de pauze? Sommige bioschopen beweren dat zij de pauze hebben geschrapt ter behoeve van de naadloze kijkervaring, om zonder onderbrekingen de flow van het verhaal te behouden. Ook kan het een puur economische overweging zijn; pauze’s worden wegbezuinigd om de doorstroom van filmvoorstellingen te versnellen en de omzet daarmee te verhogen.

Toch ligt de ‘waarom’ achter de filmpauze bij de bioscoop zelf. Het Utrechtse filmhuis Slachtstraat beweert dat films in principe zonder pauze draaien, maar bij uitzonderlijk lange films van ongeveer 180 minuten en langer wordt wel een pauze ingelast. Voor Oppenheimer was de pauze echter ook geschrapt.

In 2014 voerde de Nederlandse filmwebsite Filmtotaal een klein onderzoek uit onder bioscoopgangers: hoeveel procent verlangt naar een pauze tijdens een filmvoorstelling? Het antwoord, verzameld uit 1355 stemmen, was 60 procent. De ideale lengte van zo’n pauze lag rond de 10 minuten, precies genoeg tijd om een drankje aan de bar te bestellen. Ik ben benieuwd of we tijdens Killers of the Flower Moon tussendoor een toiletbezoek kunnen doen.