De pet is altijd een proletarisch accessoire geweest. Arbeiders droegen petten, directeuren droegen hoeden. Bruce Springsteen droeg weleens een platte pet, net als Brian Johnson, de frontman van AC/DC – mannen van stavast, geen deftige dirken.
De pet is voor kwajongens – of mannen die altijd kwajongen zijn gebleven. Zowel Ciske de de Rat, het Amsterdamse straatschoffie, als Kruimeltje, zijn Rotterdamse evenknie, droeg een pet. De pet is minder formeel dan een hoed, maar evenzogoed stijlvol.
De honkbalpet zien we tegenwoordig het meest. De hiphopcultuur in Amerika heeft die honkbalpet een enorme boost gegeven, al werden er in de begindagen nog gewone petten gedragen door de rappers van Amerika. Dat waren flat caps van het Engelse merk Kangol, een afkorting van k(nitting), ang(ora) en (w)ol) – in de moderne klassieker Jackie Brown (van Tarantino) draagt Samuel L. Jackson diverse fraaie exemplaren (en een glibberige paardenstaart).
De platte pet heeft meerdere namen. Ze worden flat caps genoemd, soms driving caps. Die laatste naam dankt de pet aan de open wagens van weleer. Heren droegen in die tijd nog hoeden, maar die hoeden woeien – zelfs bij de lage snelheden van destijds – snel af. De lage pet was geschikter om te dragen, ook vanwege zijn aerodynamisch ontwerp.
Flat caps en driving caps zijn smalle petten, net als de Kangol-petten van Samuel Jackson. De grotere petten worden newsboy cap of baker boy cap genoemd. Dat zijn grote ronde petten bestaande uit zes of acht panelen.
‘Er gaat meer boven je pet, dan er onder’
Toon Hermans
De newsboy cap heeft gigantisch aan populariteit gewonnen door Peaky Blinders, de Engelse serie die vanaf 2013 wordt uitgezonden door Netflix. De Peaky Blinders waren een heuse bende in het Birmingham van rond de vorige eeuwwisseling. Ze droegen petten met scheermesjes in de zoom genaaid, vandaar hun naam.
De serie Peaky Blinders heeft niet alleen de stoere pet gepopulariseerd, maar ook de driedelige tweedpakken die de hoofdrolspelers dragen.
Is de pet voor jou?
De platte pet wordt onderschat. Omdat hij minder formeel oogt dan een hoed, staat hij lager op de hiërarchische ladder. Maar een pet zit comfortabeler dan een hoed en combineert stoutmoedigheid en elegantie met een toefje guitigheid – het beeld van de belhamel.
Wat geldt voor ieder onderdeel van je garderobe, geldt tevens voor de platte pet: hij moet niet te klein zijn, maar ook zeker niet te groot. En hij moet niet overhellen naar één kant – dan kom je in buurt van de baret, ja, bij bovenmatige overhelling zelfs in de buurt van Kruimeltje.
Dit is een hoed voor echte mannen.
Het is geen zomerse accessoire, de platte pet. Meer iets voor de herfst en de winter (die is in Nederland inmiddels toch meer als een herfst). Als je het combineert met driedelig tweed en bretels oogt het wel meteen erg aangekleed.