John F. Kennedy was de meest charismatische Amerikaanse president van de vorige eeuw. Daar had JFK geen joekel van een stropdas voor nodig. Kennedy was liefhebber van een kleine knoop in de smalle das.
De Fransen noemen zo’n kleine knoop petit noeud. In Nederland gebruiken we de term oriëntaalse knoop. Die naam is ooit gekozen omdat de smalle knoop met name populair was in Azië (en daar nog altijd populair is).
Hier bij ons in het westen is de smalle knoop in het verdomhoekje beland. Terwijl het toch een geraffineerde tegenhanger is van de stroppen van vastgoed-formaat die dankzij wijlen Pim Fortuyn populair werden in de eerste jaren van deze eeuw.
De techniek
Hoe krijgen we de knoop zo subtiel in de das gestropt? De onderliggende techniek is net iets anders dan degene die je gebruikt voor de four-in-hand.
De four-in-hand is de meest gangbare strop. Bij deze four-in-hand, vernoemd naar de wijze waarop je de teugels van een vierspan vasthoudt, draai je het dikke gedeelte om het dunne gedeelte, en haal je hem van achterlangs naar voren. Daar trek je ‘em door de strop.
Maar hoe krijg je hem zo dun? Je begint met de das omgekeerd om je hals te hangen, dus met de achterzijde naar boven. Daarna kruis je de brede zijde ónder de dunne zijde (bij de four-in-hand gaat het er óverheen).
Vervolgens: rondje maken, achterlangs halen en er van bovenaf in laten vallen.
Tip (voor de echte pro)
Als je de eerste keer achterlangs gaat met de voorzijde, draai dan dat gedeelte als een schroef. Door die twist komt uiteindelijk zowel het voorste gedeelte als het achterste gedeelte van je das met de juiste kant naar voren. En je strop wordt er nóg kleiner van.
En bij wat voor boord?
Kies een boord met de punten naar beneden, zoals John F. Kennedy het draagt. Bij een wijde boord, een zogenaamde cut-away of widespread, gaat de strop zwemmen.
Dit zijn de 5 stropdasklassiekers.
