De man naast mij in de bioscoop ligt de eerste 15 minuten van Javier Bardem’s El Buen Patrón te slapen. Na afloop grapt hij: “Goede film, maar moest de eerste 15 minuten bijkomen van mijn werkdag”. Zou hij net zo’n zelfde baas hebben als Bardem’s personage, fabrieksdirecteur Julio Blanco? Ik zou er in ieder geval ook even van moeten bijkomen.
In de Spaanse El Buen Patrón maken we kennis met Blanco, de ‘goede baas’ die er, in de week voor een belangrijke wedstrijdsinspectie van zijn weegschalenfabriek, alles aan doet om zijn werknemers tevreden te houden. De wedstrijd draait om de titel van het bedrijf met ‘business excellence’ in de regio, een prijs die Blanco maar al te graag aan zijn prijzenmuur wilt hangen.
De missie naar de winst begint goedhartig, wanneer Blanco de zoon van één van zijn werknemers onder zijn hoede neemt. Maar wanneer een van zijn net-ontslagen werknemers begint te protesteren voor het fabrieksterrein, loopt er steeds meer mis onder Blanco’s bevel.
Zo laat zijn trouwe voorman Miralles steekjes liggen op de werkvloer, nadat hij huwelijksproblemen ondervindt. Ook begint Blanco zelf een affaire met de nieuwe stagiair, wat uiteindelijk toch niet zo’n goed idee bleek te zijn. De rode draad in de film is de weegschaal: de fabriek produceert weegschalen, maar het symboliseert ook het steeds grotere gebrek aan balans en de vergaande pogingen van Blanco om de balans te herstellen. Het is een gevalletje good guy goes bad. Of… was Blanco heel de tijd al onbetrouwbaar?
El Buen Patrón is de grote winnaar bij de Goya’s (de Spaanse Oscars), waar de film 6 van de 20 (!) nominaties in ontvangst mocht nemen. Hoogstwaarschijnlijk komt dat door het uitmuntende acteerwerk van Bardem, dat de film het kijken waard maakt. El Buen Patrón draait nu in de meeste Nederlandse bioscopen.