Tank bij met een power nap 

De power nap is een prima investering om het de rest van de dag energiek vol te houden. Maar hou deze 12 richtlijnen in de gaten.

aap slapen

Misschien heb je vannacht wat slaap gemist omdat de buren een feestje hielden, de baby aandacht opeiste of er stond een straatkat onder je raam te miauwen. Hoe dan ook, jij kunt een korte power nap prima gebruiken.

Wat is een power nap

Een power nap is wat anders dan een siësta of een middagslaapje. Een siësta is voor Spanjaarden, baby’s en ouden van dagen; een power nap is een korte, tijdelijke investering om weer fris en vrolijk voor de dag te kunnen komen.

Amerikanen noemen het ook wel cat nap. In Nederland hebben het in zo’n geval over een dutje of – eigenlijk nog mooier – een tukje. Het goeie aan de term power nap is dat het een energie-injectie suggereert; je krijgt er weer power van.

power nap

Het beste moment voor een power nap

Je voelt vanzelf aan wanneer het het juiste moment is om je power nap te nemen. Meestal is dat in de loop van de dag. Je voelt de concentratie een beetje afnemen en de slaperigheid toenemen. 

Power nappen doe je zo

  1. Een power nap kan in principe overal.
  2. Je kunt je power nap nemen in je kantoorstoel, in de auto of zelfs op de vloer van je kantoor.
  3. Belangrijkste voorwaarde: je moet je op die plek kunnen ontspannen.
  4. Vind dus een plek waar je zowel mentaal als fysiek tot rust kunt komen, zonder dat er een kans bestaat dat je gestoord wordt.
  5. Zet je telefoon op vliegtuigmodus.
  6. Komen pushberichten op je laptop of pc met een geluidje? Zet die audio uit.
  7. Zet een alarm. Je wil niet dat je power nap evolueert tot een lange diepe slaap (die bewaar je voor de nacht).
  8. Tuk nooit langer dan twintig minuten; kies een tijd tussen de tien en twintig minuten. 
  9. Sluit de ogen, luister naar je ademhaling.
  10. Je wordt je bewust van geluiden in je omgeving en van gedachten die in je opkomen. Probeer dat allemaal niet te blokkeren, laat het maar gebeuren.
  11. Je alarm gaat? Open je ogen en beweeg zowel je vingers als je tenen.
  12. Doe enkele rek- en strekoefeningen. Loop een klein rondje en hoppakee, je bent weer helemaal het mannetje.