De meeste werkdagen zijn niet erg productief. We besteden te veel tijd aan e-mail, hebben te veel vergaderingen en hebben dan moeite om de wilskracht en energie te vinden om ons te concentreren op wat echt belangrijk is.
Het doel is om met de sprintmethode je werkdag door te komen, zonder dat je je aan het einde moe en opgebrand voelt. De sprintmethode komt eigenlijk uit de sport en beschrijft een training waarbij intensieve oefeningen worden afgewisseld met rustfasen.
Deze tactiek kan je ook prima op werk toepassen. Volgens experts van de Harvard University kan het de productiviteit en zelfs je energie verhogen, zodat je aan het eind van de dag niet helemaal uitgeput bent en nog energie over hebt om wat aan je avond te hebben.
Lees ook: 6 Tips om een goede baas te worden
Om productiever te kunnen werken, is het belangrijk om een balans te vinden. Iedereen die zonder pauze werkt, brengt zijn gezondheid en, paradoxaal genoeg, zijn eigen prestaties in gevaar. De Harvard Business Review beveelt daarom de sprintmethode aan, die je kunt gebruiken bij het leren op de universiteit, bij een opleiding of op het werk om productiever te zijn.
De Sprint-methode omschrijven John Zeratsky en Jake Knapp van de Harvard Business Review als volgt. Zeratsky: “De sleutel tot succes is het vinden van een evenwicht tussen werk- en rusttijden en dat we begrijpen dat voortdurend werken ons alleen maar moe en uitgeput zal maken. Als onze batterijen leeg zijn, kunnen we niet helder nadenken en geen goede beslissingen nemen. We zijn minder creatief en kunnen het werktempo van normaal niet bijhouden. Het vergroot ook de kans dat we fouten zullen maken die tot verdere negatieve gevolgen leiden.
Oké, maar hoe dan? Om tot een hoge productiviteit en goede prestaties te komen, moet je werken als een atletieksprinter. Dit betekent dat je in de ochtenduren 90 minuten (maar niet langer) met volledige concentratie en intensiteit werkt voordat je een passende pauze neemt.”
Zakenblad Forbes vult aan: “Met andere woorden, concentreer je gedurende 90 minuten uitsluitend op de meest veeleisende en belangrijke taak van de dag en geef je hersenen vervolgens een pauze om te herstellen. Wanneer je dan weer achter je bureau zit, kun je efficiënter en effectiever werken.”
Het is dus net als sprinten bij het sporten: je werkt een bepaalde tijd (90 minuten) en stapt vervolgens actief weg van het scherm om een pauze te nemen (zo’n 5-15 minuten). Je kunt wat rusten, je hoofd leegmaken en je batterijen opladen. De pauze kun je het beste gebruiken om te sporten (of wandelen), wat te drinken of een frisse neus te halen. Daarna zou je zich verfrist en klaar moeten voelen om weer aan andere taken te beginnen. Het idee is om je tijd en energie beter te organiseren, zodat je niet op het punt komt waarop je alleen maar moe bent en nauwelijks tot geen vooruitgang meer boekt.